Natuurfotografie is een tak van fotografie die voor bijna iedere fotograaf mogelijk is. Bij de meeste mensen is een park, bos of natuurgebied vaak wel in de buurt. Dat maakt natuurfotografie ook zo laagdrempelig, maar hoe zet je nu de natuur mooi op de foto. Wij geven je 10 tips voor natuurfotografie.
Let op: dit bericht kan advertenties bevatten.
1. Kies vooraf waarvoor je op pad gaat
Ga je lekker op pad met je camera, bedenk dan thuis alvast wat je op je route tegen kunt komen. Kom je veel dieren tegen of ga je juist voor de landschappen. Door vooraf alvast een inschatting te maken van de dingen die je onderweg kunt fotograferen, kun je ook je cameratas beter inpakken. Ga je bijvoorbeeld geen vogels of dieren fotograferen, dan kun je je zware teleobjectief vaak thuis laten. Scheelt weer een hoop gesleep en houd je natuurfotografie ook leuk voor je rug.
2. Laat je verrassen
Laat je verrassen door de natuur. Blijf niet gefocust op één soort foto die je wilt maken, want daarmee mis je wellicht mooie dingen die er om je heen gebeuren. Dieren of vogels die zich plotseling laten zien, de lucht die continu veranderd of bijvoorbeeld het weer dat ineens omslaat. Het mooie van natuurfotografie is, dat je het niet vooraf kunt regelen. Dus laat je verrassen en ga om met de omstandigheden.
3. Zorg voor goede materialen
Bij natuurfotografie ben je buiten en hebben weersinvloeden veel effect op je fotografie en jezelf. Zorg er dus altijd voor dat je gebruik maakt van goede materialen en dat je op verschillende weersomstandigheden voorbereid bent. Zorg voor een goede wind- en waterdichte tas om je cameraspullen in op te bergen. Zorg dat je je kleding aanpast aan de weersomstandigheden (niet te warm en niet te koud, of juist handschoenen bij koud weer). Als je een tijdje stil staat koel je namelijk snel af en buiten warm je minder snel op. Zorg dat je thuis je cameraspullen alvast nagekeken hebt, de accu’s vol zijn en of je nog een reserve sd-kaartje bij je hebt. Een goede voorbereiding is het halve werk.
4. Let op lijnen in de natuur
Lijnen en structuren zijn belangrijk voor je foto. Lijnen zorgen ervoor dat de kijker meegenomen wordt in je foto. Zorg er dus voor dat de lijnen fijn door je beeld lopen, bijvoorbeeld van de hoek rechts boven naar links onder, een dier op de een derde lijn of juist een close-up in het midden. Veel kun je hiervoor al doen voordat je überhaupt een foto hebt gemaakt. Zorg er bijvoorbeeld voor dat je in het midden staat van bijvoorbeeld een bospad. Een handig hulpmiddel is je telefoon. Door de camera van je telefoon op je landschap te richten, kun je vaak al zien wat er op beeld gebeurt. Je hoeft dan alleen nog maar je camera zo te positioneren dat je het beeld ook vast kunt leggen.
5. Blijf op afstand van wilde dieren
Hoe lief ze ook lijken, blijf op afstand van wilde dieren. Dieren die in de natuur leven zijn onvoorspelbaar en kunnen uit het niets een onverwachte beweging maken. Benader ze rustig en houd voldoende afstand. Kijk goed naar het gedrag van het dier en blijf vooral rustig (niet rennen of gillen ook niet bij een onverwachte beweging). Sta je op een looproute, ga dan rustig aan de kant en maak plaats voor de dieren. Ze zullen je eerder accepteren, waardoor jij mooiere foto’s kunt maken. Een ontspannen dier zie je namelijk terug op foto’s!
6. Sta vroeg op voor het mooiste licht
Voor de mooiste natuurfoto’s moet je wat over hebben. Het mooiste licht heb je rond zonsopkomst en zonsondergang dit worden ook wel de gouden uren genoemd. Dat betekent vroeg op en in de zomer tot laat buiten. Zoek vooraf alvast de locatie uit en kijk waar de zon opkomt. Bekijk alvast waar je je statief neer wilt zetten en neem de tijd op die je erover doet om terug naar de auto/fiets/trein te komen.
7. Laat je niet tegenhouden door het weer
Ben jij een mooi weer fotograaf en ga je alleen op pad als het droog blijft? Zonde! Met bewolkt weer heb je minder harde schaduwen waardoor de kleuren op een foto beter naar voren kunnen komen. Laat vooral je natuurfotografie niet bepalen door of het wel of niet mooi weer is. Vaak zorgen juist de omstandigheden voor net dat beetje extra’s in je foto. Je zult niet de eerste zijn die doorweekt thuis komt, maar wel met een prachtige foto!
8. Neem de tijd
Belangrijk bij natuurfotografie is: neem de tijd. Laat de natuur op je inwerken en kijk eens goed om je heen. Veel dieren laten zich bijvoorbeeld pas zien op het moment dat ze zich veilig genoeg voelen. Stop tijdens je route eens en blijf gewoon eens een paar minuten staan. Je zult zien dat er veel meer gebeurt als dat je zou zien op het moment dat je alleen voorbij loopt.
9. Leer van anderen
Is er een regenachtige middag voorspeld en wil je niet naar buiten? Ga dan eens een middagje Googlen of zoeken op Instagram op natuurfotografie. Bekijk foto’s van anderen en bedenk wat je zelf beter of anders zou kunnen doen. Door het bekijken van foto’s en filmpjes van anderen kun je inspiratie en handige tips op doen die je eigen natuurfotografie kan verbeteren. Let bijvoorbeeld eens op standpunten, filters, kleurgebruik, gebruik van licht of nabewerking in bijvoorbeeld Lightroom of Photoshop. Je zult zien dat iedere fotograaf daarin zijn of haar eigen stijl ontwikkeld. Bepaal wat jouw voorkeur heeft en probeer dat terug te laten komen in je fotografie, zo leer je iedere keer bij!
10. Doen, doen, doen
Natuurfotografie leer je helaas niet vanuit je luie stoel. Natuurfotografie is doen, doen en nog eens doen. Oefening baart kunst. Dus hup pak je spullen in en ga lekker op pad. Buiten de natuur in. Ga eens mee met een boswachter, ontdek een natuurgebied in de buurt of juist iets verder weg. Blijf jezelf prikkelen met nieuwe informatie, een nieuwe omgeving of een nieuw gebied. Je hoeft gelukkig geen rekening meer te houden met een maximum aantal foto’s, zoals je vroeger met een filmrolletje had. Op de sd-kaartjes van tegenwoordig passen ontzettend veel foto’s, dus hup het veld in en foto’s schieten maar.